Hoe beschrijf je in één blog onze ontmoeting met Berlijn? Niet te doen, dus maar gewoon beginnen.
In Eberswalde, aan het Finowkanal, brengen we Rebekka en baby Aurelia naar de trein. En later die mooie, zonnige dag komen op hetzelfde station de volgende opstappers aan. Met hen hervatten we onze tocht door het prachtige kanaal met de smalle, oude sluizen. Hier en daar helpen we met het opendraaien van een sluisdeur. Het kan nu nog: volgend jaar worden er een paar sluizen gemoderniseerd en gaat het kanaal een tijd dicht. Dan zal het met de nostalgie van de handbediening wel over zijn.
Aan het eind van het kanaal gaat de schipperse weer voor een paar weken terug naar Nederland, aan het werk en begint voor de blijvers het puzzelen over de route. We gaan naar Potsdam en dan met de trein naar Berlijn, denken we eerst. Maar dan appt collega-schipper Jochen: “Ihr müsst nach Berlin rein!” en geeft meteen een serie tips voor ligplaatsen midden in de stad. Maar hoe komen we daar? We gaan over de Havel, dat is ons al duidelijk. Het blijkt een fantastisch en druk gebruikt watersportgebied. Beetje gênant dat we tussen zoveel zeilbootjes met de mast plat op de motor varen.
Maar dan maken we een vergissing, een leuke, maar toch. We hebben inmiddels door dat we via het Landwehrkanal tot bij het centrum van Berlijn kunnen komen. Want de Spree, denken we te lezen, daar mogen wij niet varen. Maar het Landwehrkanal is eenrichtingverkeer en wel van oost naar west. En de Havel is nu eenmaal aan de westkant. Dus dat wordt met een boog onder Berlijn door via de Wannsee en het Teltowkanal. Geen straf maar wel een omweg. De tweede omweg, want de sluis bij Spandau blijkt ‘gesperrt’ vanwege de lage waterstand. We liggen een nacht bij het Pfaueninsel, bij de pauwen op bezoek natuurlijk. En we lezen nog eens na hoe het ook alweer zat met de Nazi’s en de Wannsee Konferenz als we daar varen. Vreemd om de villa van die conferentie nu als een stille dreiging uit het verleden tussen twee bruisende jachthavens te zien liggen.

En terwijl we verwoede pogingen doen om iemand van de Historische Hafen Berlin aan de telefoon te krijgen (‘hoe kom je in vredesnaam varend bij jullie?’) ontdekken we wat we eerder verkeerd hebben gezien: we mogen wel degelijk over de Spree! Gewoon niet goed gelezen.
Als we dan ook nog een appje van Clemens van de Historischer Hafen krijgen dat we zeer welkom zijn, dan varen we met een heel brede grijns de Spree op, we gaan naar hartje Berlijn!
