Water rondom (27 juni – door Dirk)

Maandag 27 juni, 11.40 uur.

We varen door de Blaue Balje de Noordzee op, het zeegat tussen Wangerooge en Minseneroog. Zwaarbewolkt, donkere grijstinten ver aan de horizon. Frits en Rogier overleggen over het hijsen van de zeilen en overwegen een Friese zak. Na Borkum voeren we onder het eiland Juist door, probeerden te zeilen, maar zonder succes vanwege de oostenwind. In Norderney meerden we om 22.30 uur af bij een loskade en vertrokken alweer vroeg. Om 06.30 uur voeren we met een Friese zak in het zeil en een vleugje motorhulp het Wad op. Ons plan was om met hoog water het haventje van Spiekeroog binnen te lopen. Waterdiepte aanloopgeul staat beschreven als sterk afhankelijk van baggerwerk, maar het valt mee. Om 11.45 uur leggen we de trossen aan de kade. Spiekeroog verrast ons door de weelderige begroeiing van de straatjes in het dorp. Een bosrijke oase in het duin- en kwelderlandschap. Met een regenboog aan de zuidwestelijke hemel voeren we vanmorgen om 8.45 uur in oostelijke richting en meanderden op de motor langs het meest oostelijk bewoonde Waddeneiland Wangerooge. 

Plotseling een plof op het trapje tussen de roefdeurtjes: Rogier noteerde in het logboek: ‘We verlaten de Waddenzee.’ Hij hangt nu als een Michelin mannetje met grote bolle wangen in het luik. Hij is met de veiligheidspal van zijn zelfopblazend reddingvest blijven hangen achter een haakje. 

Plof !!! 😉

Het is een dag met water rondom. We steken de brede monding van de Jade en de Weser over in een diagonaal van noordwest naar zuidoost. Tegen drieën sturen we met regen het Robinsbalje in en hebben wind en stevig rollende golven achterop. ‘Als dit was voorspeld dan weet ik niet of ik dit had gedaan,’ zegt Frits. ‘Maar het kan!’ Tegen de avond verwaait de regen en bedaart de waterplas. We slingeren ons weer door geulen tussen drooggevallen zandbanken en lopen om 17.50 uur vast in een verstild landschap. We eten, overleggen, en al is het laat, toch halen we het anker op, nu water het schip optilt en we voor morgenvroeg een betere uitgangspositie willen. De prikkenlijn die we volgen is niet heel consequent, maar de stuurman ook niet en we lopen opnieuw vast. Maar succesvol geholpen door het snel opkomende water bereiken we een ankerplaats. Inmiddels is het donker over zee onder zwarte luchten en daartussen een helder gekleurde horizonlijn bij de verdwijnende zon. Frits: ‘Het is een mooi besef dat honderden jaren geleden zeelieden naar dezelfde luchten zaten te kijken.’

Dirk, aan boord van De Goede Verwachting 27 juni

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *