10 mei 2023

Algemeen en sfeer
Het eerste gesprek met de gemeente over onze straten verliep in een plezierige sfeer. In vier korte inleidingen (verkeersonderzoek, verkeersoplossingen, groen en planproces) schetsten de gemeentemensen de voorgeschiedenis. Ze maakten duidelijk wat de randvoorwaarden aan de kant van de gemeente zijn (bussen en belangrijke verkeersfunctie blijven) en wat de opgave is (groener, 30 km, van tuin tot en met kade). Ongeveer vijftien buurtbewoners waren aanwezig en zes gemeentemedewerkers. De gemeente maakt nog een verslag van de avond. Na de toelichtingen was de vraag aan de bewoners om aan drie tafels op een tekening hun wensen en ideeën aan te geven. Bij elke tafel was een gemeentemedewerker de ‘moderator’. Aan het einde van de avond meldde die de belangrijkste drie aanbevelingen van haar of zijn tafel.
Verkeer
Duidelijk dat verkeersveiligheid en verkeersoverlast hoog scoort bij bewoners maar dat er tegelijkertijd grote twijfels zijn over de haalbaarheid/houdbaarheid van 30 km. Toen bijvoorbeeld klinkerbestrating voor de ‘autostrook’ van de straat werd gesuggereerd kwam meteen de reactie dat dat meer geluid oplevert. Daar is nog gemeentelijke overtuigingskracht nodig. Hopelijk levert een duidelijk groenere aankleding van de straat ook een wat andere sfeer kan op en leidt dat mogelijk tot een rustiger rijgedrag. Bij twee getoonde voorbeelden draaide het vooral om wat versmalling en verschillend materiaalgebruik voor de fietsstrook (asfalt) en de autostrook (klinkers). Hoe dan ook: in de vraag hoe bereik je die 30 km zit nog een flink probleem.
Voor de veiligheid op de kruispunten werd de oplossingsrichting vooral gezocht in betere vormgeving en strategisch geplaatste vluchtheuvels en zebra’s.
Parkeren
Volgens de gemeentelijke cijfers van het feitelijk gebruik zijn er teveel parkeerplaatsen zijn. Opheffen van dat teveel (voor groen) kan als je parkeren alleen toestaat voor vergunninghouders. Een breed gesteund idee. Aandachtspunt is dan wel het parkeren in de Fonteinstraat en de Molenweg: blauwe zone waar veel parkeerschijven worden doorgedraaid. Een detail kwam naar voren in het gesprek over de PPstraat: ook het personeel van de fietsenwinkel parkeert in de blauwe zone terwijl er drie particuliere ondergrondse parkeergarages op kruipafstand zijn. Daar zou toch in overleg iets op gevonden moeten kunnen worden?
Vergroenen
Graag! Dat wil iedereen wel. Het vraagt vierkante meters sprokkelen. Die kan je natuurlijk halen uit een algehele versmalling van het wegprofiel, over de hele lengte geeft 50 cm smaller veel vierkante meters. De andere bron is het parkeren. De mededeling dat de bomen vervangen gaan worden zorgde wel voor een schok bij de bewoners. Die griezelen bij de gedachte aan een blote straat. Het worden sowieso weer iepen. Het effect van de voorgestelde grotere groenvakken moet nog goed (letterlijk) in beeld komen.
Westkant
Het trottoir aan de westkant is breed en functioneert in de praktijk als ventweg voor klussers, bezorgers enz. Versmallen van dat trottoir levert ruimte voor groen op en daarmee een duidelijk betere kwaliteit aan die kant. Met nog steeds een goed bruikbare wandelroute. Als je ook parkeerplaatsen aan de westkant realiseert zijn ook de klussers en de pakjesbezorgers blij. Een paar ‘huisbewoners’ sputterden wel wat bij dat idee.
Oostkant
De schippers hebben al eens aangegeven dat de kade slecht bruikbaar is. En uit jullie foto bleek weer hoe liefdeloos daar een aantal nutsvoorzieningen zijn neergekwakt. Aangevuld met het haardhout en de fietsen van de scheepsbewoners, die daar aan boord geen plek voor hebben. Het zal een uitdaging zijn om voor al deze noodzakelijke rommel een beter ogende oplossing te vinden. Misschien een goed ontwerp laten maken voor een bescheiden, laag bouwsel waarin fietsen, afvalbak, elektriciteitskast, waterput en misschien zelfs de brievenbus netjes is opgenomen? En dan een per twee schepen bijvoorbeeld, met een groen dak. Speelt eigenlijk op elke kade met schepen in Leeuwarden. Maar er zijn nogal wat eigenzinnige types onder de schippers.
Op de ‘werksessie’ werd wel duidelijk dat het handig is om direct langs de kaderand een strook te hebben waarin de schepen kunnen worden afgemeerd zonder dat de landvasten struikeltouwtjes worden voor de wandelaars die de schepen in lopen te koekeloeren. Die wandelstrook ligt dan wat verder uit de kaderand, ergens tussen (huidige) parkeervakken en de te realiseren ’scheepsstrook’. In die zone kan best ook nog veel groen trouwens. Zo’n bruikbare wandelstrook heeft misschien als bij-effect dat-ie het oversteken van de straat door lunchwandelaars wat terug brengt. En in de scheepsstrook graag palen in plaats van ringen, dat manoeuvreert een stuk makkelijker bij afvaren en aanleggen.
Proces
Naast de productkwaliteit van een project is de proceskwaliteit minstens zo belangrijk. En daar heeft de gemeente, vind ik, woensdag een mooie stap in gezet. Voor zover ik het kan bekijken was iedereen tevreden over de aanpak, de sfeer en de bejegening. Voor de buurt is het sterk toegenomen contact tussen de bewoners, ook aan beide (nogal verschillende!) kanten van de straat, een mooi bij-effect. Complimenten dus.
De schepen
Ik denk dat alle bewoners zich wel realiseren dat de schepen een wezenlijke bijdrage aan de ruimtelijke en de cultuurhistorische kwaliteit van de Westersingel leveren. Probeer je maar eens de straat voor te stellen met een lege kade of met witte pensionadomotorboten er aan. Leeuwarden is in de schipperswereld beroemd om zijn ligplaatsenbeleid. Dat is in beleidskringen op het stadskantoor (ja, ik weet dat het nu gemeentehuis heet) nog wel eens onvoldoende bekend, want een verre uithoek in het eilandenrijk van de organisatie.
Dat beleid kort samengevat: varend erfgoed in en aan de binnenstad, arken daarbuiten, ligplaatsvergunningen schepen persoonsgebonden (dus doorstroming), van arken objectgebonden. Stevig geformuleerd welstandsbeleid met veel aandacht voor historiciteit, Hûs en Hiem heeft een nautisch deskundige die alle aanvragen voor een ligplaats beoordeelt. Westersingel ligplaatsen zitten in de ‘zware’ categorie dus strenge eisen.
Ik miste in de eerste karakterisering door de stedenbouwkundige van de Westersingel de kwaliteit als ‘maritiem ensemble’, het geheel van schepen en omgeving met een maritieme geschiedenis.
Voor het blad van de vereniging Heemschut heb ik de afgelopen tijd twee artikelen geschreven over varend erfgoed en ligplaatsen daarvoor (zie de links).
Met, hoe kan het anders, ook wat aandacht voor de Westersingel.
12 mei 2023, fv